Woordenschat: wuft
frivool, lichtzinnig
Uitspraak
wuft
Woordfeit
Wuft is onder meer verwant aan wuiven, weifelen, wiebelen en wippen. Al deze woorden hebben iets te maken met (heen en weer) bewegen; bij weifelen moet je dat opvatten als 'heen en weer wankelen tussen twee gevoelens' en vandaar 'aarzelen, twijfelen'. De woorden gaan terug op een Germaans woord dat 'zwaaien, slingeren' betekende. De betekenis van wuft heeft zich door de eeuwen heen ontwikkeld van 'beweeglijk' via 'levendig' en 'onbezonnen' naar 'frivool, lichtzinnig'.
In ouder Nederlands sprak men overigens van wif; de i is in een u veranderd, en de t is erbij gekomen om het woord iets meer 'gewicht' te geven. Zo'n zelfde t zie je onder meer in burcht, arend, rijst en niemand: oudere vormen daarvan zijn burg, aren, rijs en nieman ('geen mens').